Totaal aantal pageviews

zondag 23 januari 2022

Alk. [Alca torda]

De Alk behoort tot de familie van de Alken. Het is een broedvogel van de ruige rotskusten langs de Atlantisch oceaan en komt zelden in nerderland voor, behalve in de trekperiode dan kunnen ze gezien worden langs onze dijken en in havens, zoals nu in Lauwersoog. Ze broeden in Europa op Helgoland en verder noordelijk naar Noord-noorwegen, maar ook op de Schotse en Engelse kusten. Ze broeden in kolonies van 100-1000 paren.
Het nest wordt gemaakt van afval in zee en soms helemaal geen nest. Het enige ei wordt gelegd op de kale rotsen en beide sexen broeden gedurende 35-38 dagen. Ook voeren de beide ouders. Na ongeveer 2 weken verlaten de jongen de richel en proberen de zee te bereiken, wat niet altijd lukt. Dit is ook het moment waarop de ringers ze proberen te pakken en van een "adresbandje" voorzien. Er is slechts 1 broedsel per jaar en die loopt van mei tot juni, afhankelijk van de temperatuur van het zeewater.
Het voedsel bestaat uit haring en spiering, maar soms duiken ze van grote diepte ook kreeftachtigen. Om te duiken gebruiken ze hun naar achteren geplaatste poten, typisch voor duikers, en hun vleugels.
Deze foto van mijn eerste waarneming van deze soort in Nederland, heb ik gemaakt in de haven van Lauwersoog, op 21 januari 2022. De vogel is helaas zaterdagmorgen, 22-01-2022, dood gevonden langs de kant in de haven.

maandag 3 januari 2022

De Boomklever. [Sitta europaea]

De Boomklever is het kleinste lid van de familie Spechten in Nederland. Hij dankt zijn naam aan het bewegem over en langs een boomstam. Als regel beweegt de vogel zich van boven naar beneden, vandaar de naam. Zijn soortgenoot, geen familie van de spaechten, doet het andersom. Het mannetje [♂] is blauwgrijs op de rug en een iets rodere buik, terwijl het vrouwtje [♀] is grijs met een bruingele onderzijde. Beide sexen hebben roestbruine flanken en mosterd gele poten.
In de zomer bestaat het voedsel uit insecten, die hij onder en tussen het boomschors zoekt. Op dezelfde manier als zijn grotere soortgenoten. Ze kloppen op het schors en ook peuteren ze de schorslaag er af. In de winter profiteren ze van hetgene wat aangeboden wordt op de voedertafel, als zonnepitten en andere zaden. ook meelwormen zullen ze niet laten kruipen.
De Boomklever bouwt geen eigen nest, maar zoekt de aanwezige holtes in bomen op en ook nestkasten nemen ze graag in bezit. Is het invlieggat te groot, wordt deze met klei en modder op maat gemaakt zodat andere vogels er niet in kunnen. Als dat is geregeld worden in het nest, gemaakt van mos, veertjes en haren, 6-9 witgespikkelde eitjes gelegd en in 14-18 dagen uitgebroed. Het vrouwtje broedt alleen. De beide ouders verzorgen de jongen en deze vliegen na 21 dagen uit en worden nog een aantal dagen door beide ouders gevoerd.
Als de omstandigheden het toelaten, volgt er nog een tweede broedsel.