Totaal aantal pageviews

donderdag 22 december 2011

Vogeleiland Runde.

Een Papagaaiduiker wacht op zijn partner.
Eidereend, man.
Vogelreis naar het vogeleiland Runde.
Wij, mijn vrouw en ik, zijn in week 22-2011 naar het Vogeleiland Runde, voor de westkust van Noorwegen geweest.
Het is en blijft een prachtig vogelparadijs, vooral als het ook nog mooi weer is.

Kuifaalscholver met ring.

Wij hadden dit jaar de pech dat we 's zondags in de stromende regen aankwamen en eigenlijk alleen maar op dinsdag goed weer hadden. De zon scheen de hele dag en 's avonds om 18.30 uur zijn we de "berg"op gelopen. Ondanks het slechte weer is er genoeg natuur te zien en te beleven. Uiteindelijk zijn we er toch nog 5 dagen geweest en toen hadden we schoon genoeg van de vele regen en de harde wind. We hopen op een volgend bezoek, dat het weer beter is. 


Stormmeeuw.
 

Het is een "bergje"van ca. 350 meter hoog en vooral de eerste 200 meter zijn erg steil en vermoeiend. Het is dan ook maar goed dat er om de 20-30 meter grote stenen liggen, waarop je kunt uitrusten. Bijna iedereen die er langs komt maakt er dankbaar gebruik van, dus wij ook. Na een wandeling van ongeveer een uur kom je boven en heb je een gigantisch uitzicht over het eiland en het water met de rotsen waar de Jan van Genten broeden.  
Papagaaiduiker.
Er broeden nu [2011] ongeveer 3000 paar Jan van Genten. Ieder jaar komen er meer bij en dus komen ze steeds hoger op de rotsen, vanwege plaatsgebrek in de lagere regionen. Onderweg er naar toe loop je de kans om ongewild aangevallen te worden door een paartje Skua's [Grote jager]. Deze vogels broeden in het  grasland en moerasgebied. Maar even zo goed gaan ze op 10 meter afstand van je zitten en laten ze zich makkelijk fotograferen.

Paartje Grote jager.
De Noordse stormvogels, die hier ook broeden, hebben we helaas niet gezien. Een dag later werden ze veelvuldig door andere wandelaars gezien. Volgende keer beter. De Drieteenmeeuwen hebben het erg moeilijk, omdat ze slecht aan voedsel kunnen komen. Dit omdat de kleine visjes steeds verder wegtrekken naar dieper water. Wij hebben wel de Zeearend gezien, die met mooie vluchten boven ons hoofd ten toon gespreid werden. Hier komen zeker 7-9 Zeearenden voor. Vooral als de zon schijnt vormen ze een mooi foto-objekt tegen de blauwe lucht met een paar wolken. Ze hebben een spanwijdte van ongeveer 2,5 meter. Als je op het hoogste punt bent aangekomen hou je het pad links aan naar de Papagaaiduikers en rechtsaf ga je naar de Jan van Genten-rotsen. De Papagaaiduikers broeden hier, met duizenden paren, in de met gras begroeide rotshellingen. Vorig jaar is er een poging gedaan om het aantal Papagaaiduikers te tellen en er zijn zeker 100.000 geteld.
Zeekoet.
Tussen 20.00 en 23.00 uur komen de vogels massaal over zee terug, met een krop en maag vol visjes, naar de broedende partner of de al aanwezige jongen in het nest. Als je geluk hebt zie je ze met de typische snavel vol visjes. Deze visjes worden om en om vastgehouden in de snavel.
Er wordt voor gewaarschuwd om niet buiten de aangegeven/gemarkeerde paden te gaan lopen. Doe je dit wel, dan loop je de kans op een forse boete.
Aan de oostkant van het eiland zit nog een kleine kolonie van de Kuifaalscholvers. Vanaf de rondvaartboot kun je ze goed fotograferen. Terug op de camping, zie je regelmatig de Scholekster en loopt de Waterpieper te scharrelen tussen het zeewier op de rotsen. Hier op de camping zijn de Stormmeeuwen zo tam, dat ze uit je hand eten. De Grote mantelmeeuwen zijn iets voorzichtiger en blijven op afstand.
2 Alken, 2 Zeekoeten en een Papagaaiduiker vanaf de rondvaartboot.
Al met al om eens een bezoek te brengen aan dit schitterend eiland. Niet alleen voor de vogelaars, maar zeker ook voor de wandelaars onder ons. Wij gaan er zeker nog een keer naar toe.

dinsdag 6 december 2011

Kokmeeuw-kenmerken. (Larus ridibundus).

Kokmeeuw in winterkleed met "Koptelefoontje".
Kokmeeuw: Adult in zomerkleed.
De kenmerken van een Kokmeeuw zijn: Lengte plm. 37 cm en de spanwijdte ligt tussen 87 en 99 cm. In het binnenland broedt de vogel in kolonies in moerasgebieden, vennen en bij meertjes. De Kokmeeuw heeft in de zomer een chokolade-bruine kop en in de winter een zgn "koptelefoontje". In tegenstelling tot de Zwartkopmeeuw, loopt de bruine kap niet door tot op het achterhoofd. Het vrouwtje legt 3 soms 4 groenachtige eieren met bruine vegen en stippen. De eieren worden in een wat rommelig nest gelegd, vaak met strootjes en takjes. Veel gevaarlijker is het als het nest is bekleed met nylon, afkomstig van visnetten. Dit blijft achter hun teennagels hangen, met alle gevolgen van dien. 
Kokmeeuw, sub-adult met nog niet een adulte zomerkapkop.
Nest van een Kokmeeuw.




Na ongeveer drie weken broeden, komen de jongen uit het ei.  Dan wordt het voor vader en moeder Kokmeeuw een drukke periode van ongeveer 4 weken. De jongen lijken onverzadigbaar. Na deze 4 weken beginnen ze met vliegoefeningen en al spoedig gaan ze op de wieken. Net voordat ze echt kunnen vliegen, worden de jongen geringd.

Juveniele Kokmeeuw.

Jonge Kokmeeuwen op een drijvende palet.
De jonge (juveniele) vogels zijn over bijna het hele lichaam bedekt met licht- tot donkerbruine veren. De rui van de lichaamsveertjes (dus een heleboel van die kleine veertjes) begint al snel na het uitvliegen. Kort na het uitvliegen zijn de jongen dus nog behoorlijk bruin, maar een aantal maanden later zijn bijna al deze veertjes vervangen (door rui) door witte veertjes.  Zie vorig blog. De donkerbruine kap verschijnt in de meeste gevallen pas in het volgend voorjaar. Er zijn dus ook 2e Kalenderjaar (2e Kj) kokmeeuwen die als 2e Kj een gedeeltelijk donkerbruine kap krijgen. De poten en de snavel zijn eerst nog geelachtig-bruin gekleurd om later te verkleuren naar donkerrood, soms bordeaux-rood. Des te ouder de vogel wordt, des te donkerder de kleur van de poten en snavel. Ook hebben de 1e en 2e-jaars vogels een donkere eindband op de staart.
 

Kokmeeuw, Rood X.6 Geringd, als adulte vogel, in het Noorderplantsoen in Groningen op 5-1-2011 en 5 dagen later (dus 10 januari) langs de Kustweg in Delfzijl
Kokmeeuw met aluminium ring uit Zweden. Is als nestjong geringd op 15-06-2001 in Harbo, Uppland, Zweden en zat vorige winter in Appingedam. Dus ruim 10 jaar oud.
Kokmeeuw met wingtag. Blauw DL. Deze vogel is geringd op 13 juli 2001 bij Akzo in Delfzijl. Hij heeft inmiddels zijn linker tag verloren.
De gegevens van trekgedrag en leeftijd worden  verkregen door het ringen van de vogels. Dit ringen gebeurt meestal als de jonge vogel nog net niet kunnen vliegen. In meerdere landen wordt gebruik gemaakt van metalen en kleurringen. Tijdens het ringen worden de biometrische gegevens, gewicht, kop-snavellengte, enz. van de vogel genoteerd, zodat bij een terugmelding en/of gevonden dode vogel, de zgn. life-list aan de aflezer/vinder kan worden gemeld. In het verleden werd er ook geringd met zgn. "wingtags". Dit is een gekleurd plaatje rond de vleugel.
Gevonden ringen kunnen ook bij mij worden ingeleverd met vermelding van datum, vindplaats en soort.

zondag 4 december 2011

Kokmeeuw.

Kokmeeuw, adult winter met kleurring. Wit VA08. Deze vogel is op 2-12-2008 geringd in Viborg, Denemarken.
Kokmeeuwen-Laridae.
Kokmeeuwen komen het meest voor in moeras-, slik- en kweldergebieden. Ze broeden vaak in grote, dichte kolonies op de kale grond, kwelder of tussen aanspoelsel en schelpen op het strand. Ook zie je ze steeds meer op kunstmatig aangelegde broedplaatsen. In Delfzijl broeden ze op een drijvende ponton in de haven. De afstand tussen broed- en foerageergebieden bedraagt soms wel 35-40 Km. Voedsel zoeken doen ze bij bv. koelwateruitlaten en op de nog schaarse vuilnisbelten. Kokmeeuwen eten ook veel regenwormen (binnenland) en insecten; in de kustgebieden ook veel marien voedsel (diverse ongewervelde diertjes als garnaaltjes, weekdieren, visjes, gammarus, etc.) De Kokmeeuwenstand blijft de laatste jaren stabiel.
s'Zomers zie je ze vaak in grote groepen in de lucht, als de mieren zijn uitgevlogen. Ze vliegen dan met de snavel open om zo veel mogelijk mieren te vangen. Bij langdurig nat weer trappelen ze de wormen en andere insecten uit de grond. Een voedzaam maaltje. 
Kokmeeuw, 1e Kj. winter. Let op de kleur van de armdekveren in de vleugel.
Herkenning: De meeste meeuwensoorten zijn  in de zomer het gemakkelijkst te onderscheiden. Bij de "kleine meeuwen" onderscheid je twee leeftijdsgroepen. Een goed voorbeeld is de Kokmeeuw. De Kokmeeuw krijgt zijn adulte verenkleed al, als de vogel ruim een jaar oud is. Er zijn gedurende het grootste gedeelte van het jaar twee leeftijdsgroepen te herkennen, nl: 1e jaars al naar gelang het jaargetijde van de juveniel periode (1e winter of 1e zomer).
Kokmeeuw 2e Kj. winter. Let op het zgn "koptelefoontje"
Gedurende de maanden juli - tot begin september, kunnen we echter3 groepen onderscheiden: juveniel (recent uitgevlogen), 1e zomer (ruim een jaar oud) en adult zomer (ruim 2 jaar oud of ouder). Des te donkerder rood de poten en de snavel zijn des te ouder is de vogel.

Kokmeeuw, adult zomer broedend. Let op de chocolade bruine kop.
Het is en blijft moeilijk, maar kom je er niet goed uit met welke leeftijd van de vogel je te maken hebt, neem een goed geïllustreerde vogelgids.